Blessurepreventie: iedereen heeft een eigen verantwoordelijkheid
Blessures kunnen ontstaan en de aard van de kwetsuren verschilt nogal: van licht letsel waarmee gemakkelijk verder kan worden gespeeld tot zware blessures, waardoor een tijd lang niet kan worden getraind en gespeeld.
De club moet voorwaarden scheppen om zoveel, zo goed en zo leuk mogelijk te kunnen voetballen. Dit betekent dat er óók zo veilig mogelijk moet kunnen worden gevoetbald.
Spelers hebben daarbij hun eigen verantwoordelijkheid. Ook naar de tegenstander! Een warming-up of het dragen van scheenbeschermers bijvoorbeeld, daar moet iedere voetballer zelf voor zorgen. De trainer/coach en délégué waken erover dat dit gebeurt.
Factoren die de blessuregevoeligheid beïnvloeden
Factoren die de blessuregevoeligheid beïnvloeden onder controle van de speler zelf
Gedrag van de voetballer | Lifestyle | Bescherming | Psychologische factoren | Factoren van de speler zelf |
houding | verzorging lichaam/kleding | schoeisel | motivatie/beleving | gezondheid |
sociale invloeden | slaap/rust | scheenbeschermers | durven falen | voetbalvermogen |
woonomgeving/buurt | voeding/drinken | kleding van voetbalspelers | stressbestendigheid | Techniek |
geboorteland | drugs/roken/alcohol | tape/rekverband | kennis spel- en gedragsregels | inzicht |
cultuur | materiaal | communicatie |
Factoren die de blessuregevoeligheid beïnvloeden onder controle van trainer/coach en de club
De voetballer moet altijd centraal staan.
Voetballers moeten kunnen presteren volgens de bedoelingen en spelregels van het spel zonder geblesseerd te raken. Er zijn echter veel factoren die uiteindelijk bepalen of voetballers beter en veiliger (en dus leuker) hun sport kunnen beleven.
Volgende factoren hebben een invloed op de blessurekans
Algemene Blessurepreventieve maatregelen
Maatregelen die de spelers zelf kunnen nemen om sportblessures zoveel mogelijk te voorkomen.
De speler zelf heeft natuurlijk ook een verantwoordelijkheid. Hij zelf, zijn/haar ouders en familie moeten ervan bewust zijn dat zij een onderdeel vormen van de veiligheid van de speler, zijn teamgenoten en zijn tegenstanders. De spelers moeten ook hun teamleden motiveren om het juiste gedrag en attitude aan te nemen om zoveel mogelijk blessures te voorkomen:
Algemene richtlijnen voor opbouw trainingsprogramma in het kader van blessurepreventie
Om sportletsels te voorkomen is een weloverwogen opbouw van de training belangrijk. Er is geen universeel antwoord op de vraag wanneer en hoeveel je moet trainen. Veel factoren spelen een rol: je geslacht, leeftijd, lengte, gewicht, huidige conditie, eventuele letsels uit het verleden, de sport die je beoefent en de doelstelling die je wil bereiken. Een aangepast trainingsschema, dat rekening houdt met al deze factoren, is dan ook een belangrijke maatregel om letsels te vermijden.
Een leidraad: luister naar je lichaam en probeer niet te veel vooruitgang te maken ineens. Het trainingsschema kan aangepast worden aan het trainingsvolume (het aantal uur training per trainingssessie), de trainingsfrequentie (het aantal trainingen per week) en de trainingsintensiteit (de hartfrequentie en/of snelheid tijdens de training).